Remise

Michaël Van Remoortere


voor Gerrit, schaakma(a)t

Wat begon als een spel, werd al gauw een obsessie. Na tien dagen in lockdown was het huis gepoetst, de tuin zomerklaar gemaakt en alles wat we, sinds we in dit huis getrokken waren, weg hadden willen gooien naar de kelder verplaatst. Zijn voorliefde voor stupide actiefilms en komedies had ik aanvankelijk charmant gevonden maar dit gevoel bleek samen met onze voorraad wiet verdwenen te zijn. Toen herinnerde hij zich het schaakbord dat ik tijdens onze laatste vakantie in een antiekwinkel in Praag had gekocht.

Het was een luxueus uitgevoerd, zwaar houten speelbord met ogenschijnlijk handmatig gekerfde stukken dat mij nog extra geld gekost had op de luchthaven daar het niet in mijn handbagage paste. Ik had het gekocht omdat het goed zou staan op de bijzettafel naast onze zetel en omdat ik hield van de idee een huis te bewonen waarin een schaakbord blijk gaf van enige intellectuele ontwikkeling. Zoals die dingen gaan had ik de mahoniehouten doos bij thuiskomst in de kast gezet en vergeten.

We hadden allebei al jaren niet meer geschaakt maar herinnerden ons wel nog de specifieke bewegingsmogelijkheden van elk figuurtje dus zonder verder omhaal zetten we de startpositie uit en begonnen we te spelen. Het eerste spel duurde heel lang, voornamelijk omdat ik het gevoel had dat mijn eer, als de intellectueel van ons twee, op het spel stond. (Ons standaardarsenaal aan grappen bestond eruit dat hij niet al te snugger en ik, dan wel slim maar, compleet hulpeloos was.) Uiteindelijk bleven slechts de koningen over en nadat we er twintig minuten lang niet in geslaagd waren het spel alsnog te beëindigen, gaf een zoektocht op zijn telefoon uitsluitsel dat deze situatie onbeslist zou blijven. Remise heette dat.

Voor we waren begonnen met schaken hadden we op één dag meer potjes UNO gespeeld dan wenselijk leek voor zelfs een heel mensenleven, zodat we besloten het schaken te beperken tot een partij per dag, vlak na het eten. Ik had me er altijd op laten voorstaan niet te kunnen koken, vanuit een soort gemakzuchtige luiheid die ik charmant hoopte te doen overkomen, maar in de huidige situatie bleek dit voor het eerst zonder meer een nadeel aangezien dit hem, die wel kan koken, een onmiskenbaar voordeel gaf in de onderhandelingen over alle andere huishoudelijke taken. Het schaakspel introduceerde nu een nieuwe manier om die huishoudelijke aangelegenheden, waar we allebei tegen opkeken, te verdelen. Al snel werd elke avond een nieuw karwei op het spel ingezet en nu, terugkijkend, kan ik niet anders dan besluiten dat hij mij er vanaf het begin heeft ingeluisd.

Het is moeilijk in te schatten hoe deze hele periode van invloed zal blijken te zijn op onze collectieve psychologie maar het lijkt me niet onwaarschijnlijk dat toekomstige koppels voor ze bij elkaar zullen intrekken een gesprek gaan hebben over wat ze elk afzonderlijk zouden bijdragen tijdens een lockdown. Wij zijn er pas gedurende deze periode achter gekomen hoe weinig we echt over elkaar en de rituelen waarmee we onze dagen doorkwamen, wisten. Nu hij niet meer het merendeel van de week voor zijn werk in het buitenland doorbracht, kregen we de kans om iedere dag opnieuw herinnerd te worden aan die kleine onbenulligheden die, wanneer ze slechts sporadisch worden waargenomen, normaliter nauwelijks zouden zijn opgevallen.

Ik had me bijvoorbeeld nooit voorgesteld dat ik me zou ergeren aan de manier waarop iemand de trap op- en afloopt. Om nog maar te zwijgen van het perverse genot dat ik er uit haalde hem te horen zuchten telkens ik tijdens een Skypegesprek moest lachen. Wat mij er uiteraard toe aanzette dit steeds vaker en luider te doen. Een keer hoorde ik hem zeggen dat het hier wel een kinderboerderij leek.

Mijn hele dag begon in het teken te staan van wat meer en meer een krachtmeting begon te worden. In plaats van de tijd die ik in mijn bureau doorbracht nuttig te gebruiken om de projecten waarvoor ik al maanden notities verzamelde, aan te vatten, besteedde ik mijn uren op online schaakfora en las ik de autobiografieën van de grootmeesters wier namen ik ondertussen al lang weer vergeten ben. Toen ik op een dag door de living naar de tuin liep om een sigaret te roken, zag ik dat hij zijn telefoon onbewaakt had laten liggen met op het scherm het bekende raster. Het toilet werd doorgetrokken dus ik liep door maar had nog net kunnen zien dat hij aan het winnen was.

Dezelfde dag leek zichzelf steeds weer op te volgen. Een voorheen onvoorstelbaar uitgerekt heden. De routine die we gevonden hadden was ondertussen zo vanzelfsprekend dat het niet eens meer zozeer was dat ik me niet kon herinneren wanneer we voor het laatste in hetzelfde bed geslapen hadden, maar of we dat ooit eigenlijk wel gedaan hadden. Ik was gestopt met masturberen toen uit de grafieken die ik in mijn notitieboekje bijhield, bleek dat de dagen waarop ik rukte veelal samenvielen met dagen waarop ik verloor. Ik moest mijn energie kanaliseren. Een ander inzicht was dat de dagen waarop hij met zijn moeder belde, veelal resulteerden in kortere partijtjes die in mijn voordeel uitvielen. Als paranoia het gevoel is dat alles samenhangt, dan lijkt een lockdown ten gevolge van een dodelijke pandemie de ideale kweekvijver voor dit soort waanbeelden.

Aldus trad het spel uit zijn vierkante voegen. Ik begon heel de dag door te schaken. Wat zou er gebeuren wanneer ik de kastjes uitkuiste en al het kookgerief van plek verwisselde? Ik won. Als ik hem in de late namiddag, vlak voor we zouden spelen, een door mijzelf verzonnen artikel voorlas over hoe huismoeders die, nu hun kinderen het nest verlaten hadden eenzaam thuis zaten, grotere kans maakten om besmet te raken? Ik won. Het meest belangrijke ingrediënt voor het recept van de dag tijdens de boodschappen vergeten? Ik zou winnen.

Een antwoord bleef niet uit. Aangezien stilte voor mij een mogelijkheidsvoorwaarde tot gemoedsrust is, begon hij heel de dag door de meest irritante Spotifylijsten op te zetten. Net hard genoeg om het ook tot in mijn bureau door te laten komen, maar zacht genoeg om het onopzettelijk te laten lijken. Hij wist dat ik veel slechter tegen drank kon dan hij, dus iedere avond trok hij een fles wijn open in de wetenschap dat de kater mij de volgende dag parten zou spelen. Een eerste breekpunt kwam er toen, elke keer ik in de keuken kwam, de maar al te bekende deuntjes van datingapps uit zijn telefoon ontsnapten. Remise was sindsdien geen optie meer.

De opdrachten die de verliezer van de dag moest uitvoeren hadden onderwijl hun praktische noodzakelijkheid verloren. Ze waren steeds meer opgeschoven naar even zovele manieren om elkaar te vernederen. Elke dier bidt op zijn eigen manier en tijdens deze crisis had het merendeel van onze straat de gewoonte opgepikt om acht uur 's avonds uit het raam te applaudisseren voor diezelfde zorgsector waarvan ze enkele weken (of waren het alweer maanden?), geleden nog hadden gevonden dat er sterk op bespaard kon worden. Omdat vernederingen in besloten kring al snel niet meer genoeg bevrediging gaven, begonnen we deze noeste klappers als publiek te betrekken bij wat, alleen nog in naam, ons spel genoemd kon worden.

De ene avond liep hij marcherend door de straat in het legeruniform van zijn grootvader, waarover hij had gezegd dat hij erin zou willen trouwen, de volgende kroop ik naakt en knorrend als een varken tot aan het plein om daar tegen een boom te pissen. De wonden van het asfalt zouden, een week later toen de politie voor de deur stond na klachten van de buren, nog steeds op mijn knieën zichtbaar zijn. Het werd ons verboden de straat nog als decor voor ons ongenoegen te gebruiken.

Schaken is in zekere zin een sport van geduld en het was uit ongeduld dat ik een fout maakte. Nadat hij me, na een uitzonderlijk kort partijtje – ik had die dag het overlijden van een oud leerkracht van mij vernomen – gedwongen had een hele dag op mijn bureau door te brengen, verraadde ik mezelf door als revanche hem te dwingen zijn moeder op te bellen met het nieuws dat hij in het ziekenhuis was opgenomen. Het was de bedaardheid waarmee hij de opdracht ontving waaraan ik kon aflezen dat ik een grens had overschreden. Ik had moeten weten dat ik de koningin niet ongestraft terug in het spel kon brengen.

De vergelding bleek evenwel nog uit te blijven. De rest van de week, ondertussen was het bijna herfst geworden, won ik elke avond, maar de opdrachten die ik verzon waren terug van het soort waarmee we begonnen waren. Koop een fles whisky. Ontstop de gootstenen. Zet de tuinmeubelen die heel de zomer ongebruikt waren gebleven, weer binnen. De rust was teruggekeerd en net wanneer ik het niet meer verwacht had, leek de situatie alsnog te kenteren.

Hij probeerde zich overduidelijk vriendelijker te gedragen. Maakte gerechten waarvan hij wist dat ik ze graag at. Op mijn verjaardag, eind september, klommen we zelfs op het dak en keken we samen uit over deze stad die we samen met elkaar hadden leren kennen. We haalden herinneringen op aan die eerste weken voor het grote terugtrekken. De terrassen, de vrienden, de parken. Het kon de wijn geweest zijn, maar zijn lach klonk weer oprecht, niet langer slechts een echo van wat ooit geweest was. Er gelukzalig dronken voor wakend niet van de brandladder te vallen, tuimelden we door het raam het bed in en leken we eindelijk weer in elkaar thuis te komen. We hadden het overleefd. De wijn die hij weet ik veel waar vandaan bleef halen, ontwapende me. Ik viel in slaap met de liefkozingen van zijn zure adem in mijn gezicht.

Toen ik daags nadien in de late namiddag beneden kwam, stond het schaakbord opgesteld. Hij zat op zijn vaste plaats en nodigde me met een ijselijk aandoende glimlach uit te gaan zitten. Hij had het gehad met dat hele schaken en hij vermoedde van mij hetzelfde. Het haalde nu niet per se het beste in ons naar boven, toch? Vond ik ook niet? Ik knikte, mijn mond was droog van de kater. De hoofdpijn deed mij scheel kijken. Wat zou ik ervan vinden mochten we nog een laatste keer spelen en dan dit hele gedoe achter ons laten? Ik knikte nogmaals, probeerde te slikken. Ja, dat lijkt me een goed idee. Met een onschuld die alleen het wreedste kind kan voorwenden zei hij net toen ik mijn eerste pion naar voren schoof: ‘De verliezer krijgt drie dagen om het huis te verlaten.’

Het kostte hem nog geen tien zetten.


Michaël Van Remoortere (1993) is essayist, dichter en filosoof en woont na talloze omzwervingen weer in Antwerpen.  Hij publiceerde in verschillende magazines waaronder ZINK, The Art(s) of Slow Cinema, photogénie en Rekto:Verso. Momenteel werkt hij aan zijn hybride roman Autodafe, de kunstinstallatie House of David (soundtrack for a darkroom) en het prozagedicht Besmette Stad over een liefde die gedoemd is te eindigen wanneer de lockdown wordt opgeheven.
Michaël Van Remoortere


Lees ook:
De thuiswerker • Jasmijn Lobik
Vandaag betrapte ik mezelf erop dat ik je mis. En dat is vreemd, want toen ik je nog iedere dag zag, besteedde ik nooit bijzonder veel aandacht aan je. Je liep mijn werkdagen in om negen uur en vertrok weer om half zes, net als de rest. Niets aan de hand. 
Lees verder


Lees ook:
Wanneer jij uittreedt • Dimitri Casteleyn
Wanneer jij uittreedt / zullen de klokken luiden / komen we op straat en / zullen we mekaar / omhelzen en knuffelen / als nooit tevoren // Wanneer jij uittreedt / zullen we mekaar bewonderen / voor zoveel veerkracht
Lees verder